Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En als gij de drie dagen zult uitgebleven zijn, kom haastig [39]af, en ga tot die plaats, waar gij u verborgen hadt ten dage [40]dezer handeling; en blijf [41]bij den steen Ezel. 39. Te weten, naar Bethlehem. 40. Te weten, toen ik ten beste voor u bij mijn vader spreken zou. Zie boven, hfdst.19 vs.2. 41. Anders, bij den steen die den weg aanwijst; dat is, een steen die aan den weg staat, en wijst den reizenden man welken weg hij moet ingaan; of bij den steen van den gang; dat is, daar gij en ik gewoon zijn naar toe te gaan als wij wat heimelijks met elkander te spreken hebben.